Tentoonstelling het Parcum Museum, Leuven (B) 4 mei – 1 augustus 2021

In het jaar 2021 bestaat de norbertijner orde negen eeuwen. Norbert van Gennep (1080-1134) was een zoon van Heribert, heer van Gennep (onder Nijmegen), en Hedwig van Guise. Hij werd aanvankelijk kanunnik te Xanten. Norbert leefde echter op te grote voet. Dit werd hem duidelijk toen hij (als) door de bliksem werd getroffen. In Prémontré (Champagne) begon Norbert op Kerstmis 1121 een religieuze orde met eigen leefregels, de premonstratenzer orde. Bekend is het patroon bij de adel, waarbij de oudste zoon zijn vader op het domein opvolgde, de volgende militair werd en de jongere het klooster inging. Door schenkingen verwierven kloosters goederen en rijkdommen, waarvan de religieuzen leefden. Het vormde ook wel een bedreiging voor een sobere levenswijze. Abdijen en kloosters hadden zeker tijdens het ancien regime macht. Geregeld was een adellijk persoon abt/ abdis, of prior/in. De abdij van Berne (Heeswijk-Dinther) is de oudste nog bestaande communiteit van Nederland en dateert uit 1134. Toen de Noordelijk Nederlanden in 1579 een Republiek gingen vormen, was de edelman Theodoor Spierinck van Well er abt. Direct voor hem bekleedden die functie: Van Boetzelaer, Van Malsen, Ingen Nuland enzovoort -allemaal bekende namen. En alhoewel uitoefening van het katholieke geloof in de Republiek werd bemoeilijkt, bleef de abdij van Berne in Noord-Brabant voortbestaan. Het had een te sterke positie in de samenleving, om die van overheidswege op te heffen. Evengoed weken er veel katholieken uit. Op de lijst van abten uit de achttiende eeuw van bijvoorbeeld de abdij van Hamborn bij Duisburg (D; online) komen een aantal personen uit de Nederlandse adel voor: Van Bemmel tot Bemmel, Van Daell tot Eyll, en bij de opheffing van dit klooster in de Franse tijd in 1806: Carel Adalbert de Beijer (1764-1842). Laatstgenoemde kwam uit Den Bosch. Met zijn drie broers was hij in 1802 door de keizer van het H.R. Duitse Rijk tot baron verheven.  De zoon van Carel‘s oudere broer Leonard werd in 1820 bij de Nederlandse adel ingelijfd. Carel werd wijbisschop en domproost van Keulen.1

De oudste Nederlandse vrouwen-communiteit is Sint-Catharinadal uit het jaar 1271. Het betreft een priorij van de norbertinessen te Oosterhout op het slotje De Blauwe Camer. Door het complex en de vermaarde kerk is verder het voormalige norbertinessenstift St. Gerlach bekend te Houthem, bij het Limburgse Valkenburg. In het stift werden alleen adellijke juffers opgenomen. Hetzelfde gold voor het stift Bedbur bij Kleef. Daarvoor hoefde geen gelofte van armoede te worden afgelegd. Tevens mocht het stift worden verlaten, om een huwelijk te sluiten. Daarom deed een stift voor de adel ook dienst om er kinderen in onder te brengen. Een bekend wereldlijk stift voor mannen was (kasteel) Cappenberg bij Dortmund (D), voorheen een premonstratenzer abdij. In de beginperiode was de graaf van Berg er overigens voogd over, de vroegere naam van het geslacht Van Limburg Stirum. Een bekende norbertijner abdij in België is die van Averbode bij de stad Diest. Op de tentoonstelling zal het indrukwekkende kaartenboek van de abdij van Averbode te bewonderen zijn. De expositie gaat ook naar Maagdenburg en Praag.  

Titus von Bönninghausen

Oorspronkelijke publicatie: Als de bliksem: 900 Jaar Norbertijnen in Nieuwsbrief Adelsvereniging 14 (2020 – II) 36

Voetnoten

  1. Bij de verheffing met de titel van baron ging het om de broers Leonard, Carel, Victor en hun oudere (half?)broer Frans. Zij begonnen alle vier een carrière als militair. Hun vader was volgens het adelsdiploma overste (kolonel) in Hollandse dienst. Over Carel staat er een lemma op internet onder Karl Adalbert von Beyer. De familie is uitgestorven. Maar er bestaat nog een andere familie De Beijer, die reeds in de vijftiende eeuw tot de Gelderse adel behoorde. Daarvan werd in 2010 een zoon geboren. 
Als de bliksem: 900 Jaar Norbertijnen